
Oplossingen ontwikkelen moet:
- de baseline requirements en alternatieve oplossingen evalueren om deze te bereiken;
- de optimale oplossing kiezen;
- een specificatie voor de oplossing maken.
Indicatoren | Niveau 2 kenmerken |
Op niveau 2 kan het managementteam zich richten op de meer voor de hand liggende oplossingen die sneller beoordeeld kunnen worden op basis van bestaande kennis, expertise en/of technologie. Op niveau 3 wordt meer tijd besteed aan het overwegen van minder voor de hand liggende of meer innovatieve oplossingen. Dit kan worden geïllustreerd door de invoering van gestructureerde requirementsmanagement technieken zoals value management. |
Evalueren en selecteren | Alternatieve oplossingen worden geëvalueerd. | |
Waardeverbeteringen beoordelen | Er wordt nagedacht over hoe waarde geoptimaliseerd kan worden. | |
Specificaties maken | Uitgebreide specificaties bestaan. | |
| ||
Indicatoren | Niveau 3 kenmerken | |
Evalueren en selecteren | Een reeks alternatieve oplossingen wordt volledig geëvalueerd, met inbegrip van innovatieve benaderingen. | |
Waardeverbeteringen beoordelen | Om tot de gewenste oplossing te komen, worden diverse formele waardeverbeteringstechnieken toegepast. | |
Specificaties maken | De specificaties zijn volledig, grondig en aangepast aan de geplande ontwikkelingsmethode. |
Met dank aan het BPUG-team voor de vertaling naar het Nederlands